Het Moriaanshoofd in Wormer puilde zondagmiddag uit. De beste kolfspelers van de wereld streden om de wereldtitel. Daarbij werd de innerlijke mens niet vergeten, want bar en keuken van de herberg draaiden op volle toeren.

‘Kolf is echt een kroegsport’, had organisator Mark Aberkrom van de Koninklijke Nederlandsche Kolfbond eerder gezegd. Toch werd de strijd om de wereldtitel door de deelnemers serieus genomen. Met precisie werd er aangelegd voor de uitklap, opklap of puntenklap. Soms gevolgd door goedkeurende kreten van het publiek, of hoongelach bij een misser. De gezichten van de spelers stonden strak; er stond immers wel een wereldtitel op het spel.

De buitenlandse deelnemers. Herman Ligthart, zittend in het rode shirt, vertegenwoordigt de Republiek Wadway.

Aberkrom had gezorgd voor een internationaal deelnemersveld. Veelal ging het om Nederlandse kolfspelers die ook een buitenlands paspoort bezitten of buitenlandse ouders hebben. Een van de uitzonderingen was Stanislav Zakratsky. De speler uit Rusland deed mee als Authorised Neutral Competitor. Hij leerde de kolfsport per ongeluk kennen:

‘We bezochten een paar jaar geleden de kolfclub tijdens Open Monumentendag. We dachten eigenlijk dat het een grap was, maar uiteindelijk kwamen we iedere week terug.’

Deelnemer Stanislav Zakratsky legt aan voor de uitklap.

Een nog mooier verhaal heeft Herman Ligthart. Hij vertegenwoordigde de Republiek Wadway. Dat lijkt een grote grap, maar Ligthart kent de geschiedenis van de West-Friese regio goed:

‘Vroeger had je boeren in Wognum en Spanbroek. Daartussenin zaten de boeren uit Wadway. Die vielen onder Wognum, maar van het Rijk moesten ze zich aansluiten bij Spanbroek. Dat betekende dat ze veel meer belasting moeten gaan betalen. Toen hebben ze de Republiek Wadway opgericht.’

Een mooi historisch verhaal, maar Wadway is voor het Nederlands Olympisch Comité (NOC) gewoon een West-Fries dorp. Uiteindelijk mocht Ligthart toch proberen zich via de kwalificatie te plaatsen. Dat lukte.

Terwijl Ligthart zijn verhaal doet aan De Orkaan, wordt er aan een grote tafel bij het speelveld veel gelachen. De kolfclub Onder Vrienden uit Oudkarspel is alom aanwezig. De mannen vermaken zich kostelijk, niet alleen met de versnaperingen, maar ook met de prestaties van de clubleden.

Aandachtig publiek bij WK kolf.

Is het in de herberg een gezellige zondagmiddag; op het speelveld wordt er serieus topsport bedreven. De spelers proberen met precisie hun bal zo goed mogelijk weg te spelen, zodat ze bij de puntenklap zo hoog mogelijk kunnen scoren. En hoe gezellig het in de herberg ook is; als er gespeeld wordt, is de kolfbaan verboden terrein voor mensen zonder kliek en gummi- of sajetbal. Zelfs voor de mevrouw die met drankjes en hapjes het publiek langs de kant wil bedienen.

Drie scheidsrechters, of markeurs, leiden het spel in goede banen. De functie van de markeur is heel belangrijk:

‘We moeten aftekenen waar de bal neer komt, zodat die op de juiste plek ligt voor de puntenklap. Je moet heel geconcentreerd kijken waar de bal terechtkomt. Ook moeten we opletten of de bal de pen raakt.’

De pen is trouwens de grote paal in het spel. De markeurs kregen voor het WK nog een speciale training. Voor een WK gelden natuurlijk speciale regels.

Mark Aberkrom als speler van Team GB (Britse moeder) in actie.

Aberkrom slaat het trots gade. Het WK is al in de poulefase een succes. Toch is er wel een puntje van zorg, vooral als het om de toekomst gaat van de sport. Kolf wordt voornamelijk bedreven door ouderen. Zijn collega van Onder Vrienden is niet zo pessimistisch. ‘Er komt nu een grote grijze golf aan. Dus potentie is er zat. Dat zet Aberkrom meteen op andere gedachten:

‘Laat die veertigers nog maar effe lekker voetballen en tennissen. Als ze geblesseerd raken, komen ze wel. Dan kunnen ze niet meer voetballen, maar wel kolf spelen.’

Intussen denkt Aberkrom wel aan manieren om de kolfsport breder onder de aandacht te trekken:

‘Er is een spelvariant waarin het alleen gaat om de puntenklap. Dat is een stuk makkelijker en ook te doen voor mensen die geen geoefende kolfspeler zijn. We denken eraan om ook zo’n wedstrijd te organiseren. Zo kunnen meer mensen onze sport beoefenen. En een biertje drinken. Want kolf blijft natuurlijk een kroegsport. Volgens mij hebben we genoeg kroegtijgers in de Zaanstreek.’

Na een lange dag in Het Moriaanshoofd is er uiteindelijk een echte wereldkampioen uit de bus gerold. Willem Woestenburg van Onder Vrienden versloeg in de spannende finale zijn clubgenoot Bertus Commandeur met 32-31.

Door Di-Lan Sun.