Het intrekken van de horecavergunning van restaurant Ornina in Zaandam in juli 2020 was “niet redelijk in verhouding tot de geconstateerde overtredingen.”

De overtredingen waren het te laat open zijn, het spelen van muziek op het terras en zaalverhuur in strijd met de vergunning.

Volgens een onafhankelijke onderzoekscommissie en een externe hoor- en adviescommissie is niet voldoende rekening gehouden met de belangen van de ondernemer, zijn sommige overtredingen onjuist gerapporteerd, was er geen sprake van overlast en is ten onrechte legalisatie niet onderzocht.

Dwarskijkteam

Burgemeester Hamming heeft inmiddels besloten de intrekking terug te draaien. Gister werden ook het onderzoeksrapport en de uitspraak van de externe hoor- en adviescommissie openbaar gemaakt.

In het onderzoeksrapport van het ambtelijke ‘Dwarskijkteam’ wordt gesteld dat de organisatie van een besloten feest (in strijd met de vergunning) niet door Handhaving zelf is geconstateerd, dus een sanctie was daar niet op z’n plaats. Ook wordt betwijfeld of Zaanstad de uitbater van Ornina echt duidelijk heeft gemaakt dat besloten feesten niet waren toegestaan.

Volgens Zaanstad heeft exploitant Bas Kurdi van Ornina blijk gegeven van ‘slecht levensgedrag’ en is er sprake van een ‘ernstige aantasting van de openbare orde of leefomgeving’. De onderzoekers schrijven dat deze kwalificaties gezien de aard overtreding eigenlijk nauwelijks zijn gemotiveerd.

Van “aantasting van de openbare orde of leefomgeving” kan eigenlijk geen sprake zijn volgens het rapport, “omdat het pand zich ‘in the middle of nowhere’ bevindt.”

Legalisatie

Volgens de onderzoekers had de gemeente de plicht om legalisatie te onderzoeken toen bleek dat de vergunning geen zalenverhuur toestond. Dat heeft ze niet gedaan, “de vergunningen zijn ingetrokken zonder dat een onderzoek tot legalisering is afgerond.”

“De conclusie vanuit de bevindingen in dit onderzoek is dat in de opmaat naar het besluit tot intrekking van de vergunningen Ornina en de documentatie die daaraan ten grondslag ligt, onvoldoende is onderbouwd waarom die sanctie tot intrekking van de vergunningen evenredig is met de zwaarte van de overtreding(en) (proportionaliteit) noch waarom een lichtere sanctie niet passend is (subsidiariteit).”

Overlast

De externe hoor- en adviescommissie stelt dat er wel overtredingen bij Ornina zijn geconstateerd, maar dat de belangen van de exploitant (verlies aan inkomen, aantekening van ‘slecht gedrag’ waardoor hij moeilijk een andere vergunning kan krijgen in de toekomst) onvoldoende zijn meegewogen.

Ook stelt de commissie vast – net als in het onderzoeksrapport – dat er eigenlijk helemaal geen overlast is vastgesteld (“er zijn geen klachten bekend”).


Op dinsdag 12 januari komt de zaak op verzoek van Harrie van der Laan van de POV tijdens de rondvraag in het Zaanstad Beraad aan de orde.