Wie had ooit kunnen bedenken dat de Zaanstreek, de plek van noeste arbeiders, makers en boeren met poten in de modder, ook nog iets op papier zouden kunnen krijgen dat hout snijdt op poëzie gebied?
Orkaner streekdichter Frans Reichardt bedacht ’t: Versjeskade in de Verskade. De afgelopen dagen plaatsen we gedichten van stadsdichter Lisa van Tongeren, Bas Husslage, Mario Overman en Wieke Hart, Orkaner Piet Bakker, Ien Verrips, Ruud Baars, Anneke van Dok en van Marloes Beets (ook bekend als woordschittering) en van Frans zelf.
We eindigen de serie van deze eerste editie met een gedicht van Hans Kuyper. Hij trad als laatste aan en op. Helaas was daardoor de Orkaan-camera overbelast geraakt. Geen filmpje dus, wel zijn erg fijne gedicht:
Dit ongeveer allemaal De geur van versgesneden gras, de gierzwaluw die er opeens weer was, een trotse wolk in hoog en hemels blauw. Een steelse blik van jou, twee paarden, dampend bij een hek, armen om je nek, een eenzame accordeon die zomaar speelt. En dan novemberzon, iemand die danst of niet, nog lacht, een kind dat dromend mompelt in de nacht. Ten slotte op een stille, witte plek, die dingen in gedachten, de ogen dicht - en nergens meer op wachten. Hans Kuyper
Vooruitlopend op de evaluatie: dit smaakt naar meer. De foto boven is gemaakt door Edwin Kleiss.
Het bleef de hele middag spannend - komt-ie wel of komt-ie niet? - en uiteindelijk kwam ook hij naar de Verskade voor zijn bijdragen aan de Versjeskade: Hans Kuyper. Bedankt, Hans!