‘Vallen … Ik zag hem niet … Ik zag hem half van de fiets af en toen zijn we gaan rennen. Ik heb hem niet zien vallen, echt op de straat zien liggen. Ik kan me het geluid er omheen niet herinneren. Het is … En vooral dat die fietser langsreed met dat spierwitte gezicht en grote ogen. Nou, het was als het ware of je … We zijn hard gaan lopen. Gewoon stomweg hard gaan lopen vooruit. Dat is het.’
Arie Bakker is 5 jaar oud als hij ziet hoe Hannie Schaft en haar makker Jan Bonekamp een aanslag plegen op politiecommissaris Ragut van de Duitse Sicherheitsdienst. Het gebeurt in de Westzijde ter hoogte van nummer 39 (de voormalige Kamer van Koophandel). Ragut overleeft de aanslag niet, maar hij neemt Jan mee in zijn dood. Voor Hannie lijkt dit het begin van het einde te zijn.
Vandaag 73 jaar geleden wordt ze, drie weken voor het einde van de oorlog, gefusilleerd in de duinen bij Overveen.
Monumenten Spreken maakte twee minidocumentaires over Hannie Schaft: een bij het monument in de Westzijde van Zaandam en een bij het de plaquette aan het Hannie Schaftplein in Oostzaan:
Inderdaad Trudy, Jan Brasser was een begrip in Krommenie.
Ken hem nog van uit mijn jeugd, thuis werd er met veel respect over hem en alle andere verzetsstrijders gesproken.
Hans, vond het zo ontroerend, al die moedige mensen en al dat verdriet, maar zo blij dat ik Jan nu op beeld zag, mijn vader was altijd vol lof over Jan Brasser.
Onze ouders hebben veel meegemaakt in die oorlog en ook al kregen wij als kinderen het verdriet van onze ouders mee, wij zijn gelukkig in vrede opgegroeid, dat gun je toch de hele wereld.
Wat een indrukwekkende en mooie bijdrage, beelden gezien die ik nooit eerder zag, ook Jan Brasser gezien, een held waar mijn vader altijd over sprak. Wat een moedige mensen allemaal.Ben nu wel heel diep ontroerd, het raakte enorm, het komt denk ik vooral omdat ze de bevrijding niet meemaakte, nog zo jong was en de wetenschap dat een deel van de wereld nog in brand staat.