Op ‘den 19e van de Oogstmaand 1792’ (19 augustus 1792 dus), werd er een schouwburg geopend in Zaandam.
Maar… buiten het boekje ter ere van die opening, dat Geke van de Kamp in het gemeentearchief van Zaanstad vond, weten we helemaal niks over dit theater!
Daarin zouden we heel graag verandering brengen!
Uit het boekje (226 jaar geleden gedrukt in Zaandam!):
‘Aan ’t nuttigen der vrugt is zelfs maar al te veel
Voor de eer en ’t waar belang, der schoone kunst geleegen,
Van ’t schand’lijk misbruik heeft haar onschuld vaak een deel
Door snood voor oordeel op haar rekening gekreegen.’
Schand’lijke misbruik van kunst…
In het jaar 2018, waarin het clusteren van cultuur de volle aandacht heeft, vragen wij de aandacht voor een heel klein, misschien wel onbetekenend, snippertje cultuur dat onze streek ooit gekend moet hebben… De Schouwburg te Oostzaandam.
Help!
Wij gaan er voor het gemak even vanuit dat er geen getuigen meer in leven zijn die de schouwburg hebben bezocht, het is immers zo’n 226 jaar geleden. Toch hopen we dat er iemand is die iets weet! Waar stond het? Hoe zag het eruit? Hoe groot was de zaal? Wat werd er opgevoerd? Wanneer viel het doek? Elk snippertje informatie is welkom! Mail ons (deorkaan@gmail.com) of reageer onder dit stuk. Wij geven het door aan het archief.
Heerschzugt
‘Dan zullen liefde en deugd en opregtheid en verstand
Door wijsheid voorgeligd vriendschapp’lijk hier verkeeren,
Lieve eendragt, vaste trouw en zugt voor ’t Vaderland,
De drukkende eigenbaat en Heerschzugt van ons weeren.W. Hofdyk.
Het boekje is gedrukt bij Drukkerij A. Tolk aan de Hoogendijk. Er staan de namen in van W.M. van Dinsen Junior, en W. Hofdijk.
Hieronder meer van het boekje:
Beste allen,
Hartelijk dank voor deze waardevolle aanvullingen. We zullen deze informatie toevoegen aan de beschrijving van dit pamflet. Dit is weer een mooi voorbeeld van #crowdsourcing.
Geke van de Kamp
De laatste regels van het gedicht verwijzen misschien naar de strijd tussen Patriotten en Prinsgezinden, die ook in Oost- en Westzaandam voor nogal wat verdeeldheid zorgde. We zitten immers tussen de Pruisische inval en de intocht van de Fransen. Het boek van A. Loosjes ("Beschrijving van de Zaanlandsche dorpen" uit 1794) gebruikt het woord schouwburg inderdaad in één adem met de kermis, zoals Jose hiervoor al suggereert.
Ik weet niet of er al wat meer bekend is maar ik heb een paar dingetjes gevonden. Van Dinsen was een toneeldirecteur van een reizend toneelgezelschap. Zij gaven voorstellingen op jaarmarkten en kermissen, vaak in schouwburgtenten. Ook de jaarlijkse Zaandamse kermis had zo'n schouwburgtent en het zou dus kunnen dat van Dinsen hier met zijn groep optrad tijdens de kermis van 1792. ( Een kermis in de oogstmaand lijkt mij heel aannemelijk.) Gokje: dit pamflet gaat waarschijnlijk niet over de opening van een officiële schouwburg maar kondigt de voorstellingen in de tent tijdens de kermis aan. Reclame zeg maar, of misschien kreeg je het als je naar een voorstelling ging.
W.Hofdyk was een belastinginner, dichter en schreef soms teksten voor toneel. Hij was de grootvader van de bekende(re) romantische dichter Willem Hofdijk uit de 19e eeuw.
Ik hoor het wel als ik er helemaal naast zit :)
Klopt helemaal, een 'korte' aanvulling:
Willem van Dinsen Junior, geboren te Rotterdam, speelde omstreeks 1795 op de Amsterdamse schouwburg. Hij was een goed acteur, en onovertrefbaar in de rol van Siegfried van Lindenberg, in het blijspel van die naam. Zijn vrouw Catharina Elisabeth Krayesteyn, was schaars met schoonheden bedeeld, maar een voortreffelijke actrice, die vooral de bejaarde en de moederrollen in treur- en blijspel zeer goed vervulde, onder andere uitmuntte als Thirsa in het treurspel van die naam door Feith, en als Semire in Monzongo van van Winter. Zij bezat veel theorie, verstond en sprak verscheidene talen, stond reeds in 1789 aan het hoofd van een toneelgezelschap, hetwelk later door haar man werd bestuurd. De tijd van hun beider sterven is ons niet bekend.
Toneelbericht
De Ondergetekende, sedert circa 15 jaar directeur van een Gezelschap Nederduitse acteurs en actrices, en daarmede ook één- en andermaal de goedkeuring zijner Rotterdamsche stadgenoten en toneelminnaars hebbende mogen ondervinden, genegen zijnde die zelve goedkeuring, zo mogelijk, op nieuw te verwerven , heeft de eer aan dit geacht publiek te adverteren, dat hij zich bepaald heeft om, met behoorlijk bekomen consent van de wethouderschap van de Stad Rotterdam, zijn Schouwburg, binnen gemelde Stad, gedurende de Kermis te vestigen.
Het Locaal, tot het geven van zijn representaties van toneelspellen en opera's, onder welke laatsten ook enige nieuwe, de welke nooit in her Nederduits te Rotterdam zijn vertoond, zal geplaatst zijn aan het eind van de Haringvliet, naast de Episcopaalse Kerk. Hetzelve zal met Balcons, Parquet, Bak, Loge en Gallery, zindelijk ingericht en gedecoreerd zijn; zich vlijende dat deze zijn poging en de ijver van zijn kunstgenoten, die hij de eer heeft te geleiden, dit kunstminnend publiek niet ongevallig zal zijn, zo zullen de te geven representaties en de dag der opening van het toneel nader op biljetten en in couranten worden bekend gemaakt. Rotterdam WILLEM VAN DINSEN Jr. de 24e augustus 1803.
Soortgelijke aankondigingen werden ook gedaan in Leeuwarden, Harlingen, Dordrecht en Utrecht waar tijdens de kermissen in speciaal daarvoor geplaatste schouwburgtenten toneelvoorstellingen werden uitgevoerd. De toeschouwers konden de teksten van onder andere liederen in programmaboekjes als in het Archief van Zaanstad meelezen.
Misschien was het Thalia op de Pr.Hendrikkade? Daar was een zaal waar voorstellingen werden gehouden. volgens mij staat gebouwnog op een ansichtkaart
sorry, kan dus niet, Kade zal van na 1811 zijn.
En dan maar hopen dat er niet van die grapjassen zijn die dit willen onderzoeken of er toen geen referendum gehouden had moeten worden.Orkaan dank dat u dergelijke zaken weer onder de aandacht brengt en nu maar hopen dat er wat meer materiaal over toendertijd ter beschikking komt.