In vergelijking met andere gemeenten wijst Zaanstad erg veel verzoeken om de openbaarmaking van stukken in het kader van de Wet Openbaarheid Bestuur (Wob) af. Gemiddeld gebeurt dat bij 13 procent van de gevallen, Zaanstad wijst ruim een derde (37 procent) van de verzoeken af.

Dat blijkt uit een onderzoek van de Rekenkamer waarbij het Wob-beleid van Zaanstad vergeleken wordt met ruim 90 andere overheden (waaronder 70 gemeenten). Zaanstad is zelf tevreden over hoe ze Wob-verzoeken afhandelen. De Rekenkamer is aanzienlijk minder positief.

Zaanstad krijgt aanzienlijk meer Wob-verzoeken dan het gemiddelde van de 70 gemeenten waar de Rekenkamer over rapporteert: 45 is het gemiddelde, bij Zaanstad gaat dat om zo’n 135 verzoeken per jaar gemiddeld over de periode 2018-2020 (406 in totaal). De gemeente zelf rapporteert elders een veel hoger aantal (464). “Dit roept de vraag op hoe betrouwbaar de bestuursinformatie is” aldus de Relenkamer die ook het relatieve hoge percentage Wob-vragen door raadsleden opvallend vindt (die hebben namelijk ook andere middelen om informatie op te vragen).

Termijnen

Tien dossiers zijn in detail bestudeerd, in vier gevallen constateert de Rekenkamer dat Zaanstad ‘niet zorgvuldig’ met het toelichten van de weigeringsgrond omgaat.

Zaanstad heeft geen beleid over het openbaar maken van informatie, geen doelstellingen en geen ambities, ook niet over termijnen waarbinnen zaken openbaar gemaakt moeten worden. Zaanstad heeft wel een interne werkinstructie.

Zaanstad wordt op de vingers getikt omdat ze Wob-verzoeken ‘gedwongen’ digitaal laat indienen terwijl dat ook op een andere manier kan. Het vragen van de reden van het Wob-verzoek door Zaanstad “staat op gespannen voet met uitgangspunt” van de wet.

In bijna de helft van de gevallen wordt niet op tijd over het Wob-verzoek beslist. Zaanstad zou volgens de Rekenkamer ook beter moeten uitleggen hoe naar informatie is gezocht. Zaanstad begeleidt indieners wel goed bij hun verzoek.

Als een WOB-verzoek wordt gehonoreerd, wordt die informatie voor iedereen openbaar. Bijna een kwart van de 80 overheden die zijn onderzocht, hebben een openbaar Wob-register, Zaanstad heeft dat niet.

Adviezen

De Rekenkamer heeft vier adviezen:

  1. Formuleer een beleid over openbaarmaking (beslistermijnen, rechtmatigheid, klanttevredenheid)
  2. Verbeter de informatie op de website over de Wob en maak een openbaar Wob-register (met alle gehonoreerde verzoeken)
  3. Maak aantal verzoeken (en waar ze over gaan en beslistermijnen) continu openbaar, inclusief de afhandeling
  4. Ga met de raad in gesprek over de Wob: waar komt het hoge aantal vandaan, waarom maken relatief veel raadsleden gebruik van Wob, de uitzonderingsgronden en de termijnen.

Zaanstad heeft de ‘intentie’ de adviezen over te nemen maar schuift de implementatie door naar de invoering van de opvolger van de Wob, de Wet open overheid (Woo), waar ze worden ‘meegenomen’. Een ‘Wob/Woo-register’ wil Zaanstad extern publiceren, dat vindt de Rekenkamer geen goed idee: gewoon op de eigen website doen!

Lees hier het hele onderzoek (pdf). Boven: geheime stukken over de Europese School; onder: D66-raadslid Rob Karst (2021) met voor zich de geheime rapporten over de problemen bij de bestuurscultuur in Zaanstad.