De Oostzaanse wethouder Martin Wörsdörfer (VVD) zei afgelopen donderdag in de raadsvergadering van zijn gemeente dat OVER (samenwerkingsverband van Wormerland en Oostzaan) er financieel ‘niet zo goed voor’ stond, en hij zei er meteen bij dat het ‘eufemistisch’ was uitgedrukt. De situatie was dus ernstig.

Uit Wormerland kwam daarna pas bericht, geen dramatisch ‘Raadsbericht’ over de financiële donderwolk zoals die in Oostzaan werd waargenomen. Wethouder Tjeerd Pietersma van Wormerland wilde het bericht met de ‘sombere toon’ van Oostzaan vooral ‘nuanceren’, alhoewel het ‘feitelijk juist’ was.

Ook in Wormerland wordt bevestigd dat voor de OVER-gemeenten in 2024 externe inhuur (en financiële ruimte) “hard nodig is voor onvervulbare vacatures en de opvang van langdurig verzuim”. Maar, zo stelt Pietersma ter nuancering: “Alle gemeenten in Nederland hebben moeite met het invullen van een aantal specifieke vacatures.”

‘Geen dekking’

Op korte termijn – voor 2024 – moeten reserves uit 2023 ingezet om daarvoor dekking te vinden om in het tweede en derde kwartaal van 2024 de kosten te dekken. Voor het vierde kwartaal is dus nog geen dekking (wat ook in Oostzaan werd gemeld) en ook voor 2025-2028 worden problemen verwacht. Vanaf 2026 wordt een zwart scenario geschetst: “vanaf 2026 krijgen we minder geld vanuit de landelijke overheid. Ook krijgen gemeenten al jaren extra taken, maar het geld dat daarvoor nodig is, is structureel te weinig.” Pietersma: “Het blijft echter belangrijk om te benadrukken dat het ontstaan van het financiële probleem vanaf 2026 het gevolg is van Rijksbeleid.”

Ook voor Wormerland worden harde ingrepen (’taken die we niet meer oppakken’) aangekondigd. Voor het zomerreces moet daarover een besluit vallen. Inwoners van Wormerland zullen nu al de gevolgen merken omdat “reguliere werkzaamheden minder intensief” worden uitgevoerd.

Weerstandsratio

De Provincie stuurde op 11 maart een brief aan de gemeenteraad van Wormerland over de financiële positie in 2024 van de gemeente. In Wormerland is de begroting evenwicht en daar krijgt de gemeente dan ook een compliment voor. Minder vrolijk wordt de Provincie van de ‘weerstandsratio’, die “voldoet niet aan de door u vastgestelde norm”. Voor 2025 wordt er wel verbetering verwacht. Ook bij het ‘onderhoud van de kapitaalgoederen’ is de provincie (nog) niet tevreden omdat de gemeente nog niet beschikt “over actuele beheerplannen voor water en riolering”. Ook dat moet in 2025 geregeld zijn.

Ook Oostzaan kreeg die brief (verzonden op 11 maart, op 18 maart in het Raadsinformatie gezet). De begroting is ook hier in orde maar bij het weerstandsvermogen en de risicobeheersing zet de Provincie kanttekeningen. Ze vraagt om kengetallen om de gemeentelijke financiële positie inzichtelijker te maken: “Wij missen deze beoordeling en verwachten dat deze vanaf begroting 2025 wordt opgenomen.” Ook Oostzaan “beschikt niet over actuele beheerplannen voor water en riolering (WRP) en voor onderhoud openbaar groen.”

De provincie organiseert voor de zomer een bijeenkomst “waarin de commissaris van de Koning, vanuit zijn verantwoordelijkheid voor de gemeentelijke financiën, in gesprek gaat met alle wethouders Financiën van Noord-Holland.”

Door Piet Bakker. Bronnen: stukken op websites van Oostzaan en Wormerland.