Als kind ging ik mee naar GJC-zomerkamp en daar werd veel aan toneel gedaan.
Van een van de leiders wist je dat als hij het podium besteeg, dat er iets ging gebeuren. Hij nam je mee in elke emotie, maar meestal liet hij je in je broek piesen van het lachen.
Hij deed nooit leuk – zette geen fluitketel op zijn hoofd -, maar hij was het. Het was iets met timing, dosering, zelfspot, ego, overtuiging, het lef om kwetsbaar te zijn en een gloeilamp die aanging.
Indertijd wist ik zeker dat hij landelijk- en misschien wel wereldberoemd zou worden, maar inmiddels weet ik dat er een groot acteur aan Jacob Havinga verloren is gegaan.
Afgelopen woensdag zag ik hem tijdens de diploma-uitreiking op Pascal Zuid. Meneer Havinga sprak een voor een zijn leerlingen toe, waarvan de hele lichting was geslaagd.
Hij maakte grappen, adviseerde, stimuleerde, had kritiek, en gaf licht van trots. Het vertrouwen dat hij de knappe koppen meegaf om de volgende stap te zetten, was waardevol.
Een van de leerlingen was afgewezen voor een theaterschool. Hem drukte hij op het hart ervoor te zorgen dat zijn naam op de aftiteling van een mooie film voorbij zou komen, en om zijn droom niet uit het oog te verliezen: ‘Geloof me, anders komt hij elke nacht terug.’
De droom van de acteur voor de klas is niet uitgekomen. Maar om eerlijk te zijn, ben ik daar blij om. Als hij wereldberoemd was geworden, dan zou er een groot meester aan hem verloren zijn gegaan.
Je zou er slapeloze nachten van krijgen…
Hier vind je eerdere columns van Merel Kan