Op het laatste moment is het concert van The Rolling Stones in de Arena van vanavond afgelast: Mick Jagger heeft corona.
Martin Rep stond al klaar, met drie kaartjes in zijn hand.
Voor Rob Berghege zou het niet als een verrassing zijn gekomen. Twintig jaar geleden zei hij al tegen me dat hij niet van plan was ooit nog naar een concert van The Rolling Stones te gaan. “Ik ga toch zeker niet naar een stelletje opa’s staan kijken?”
Vanavond moest een van de twee, of drie, resterende opa’s het laten afweten. Mick Jagger is positief getest op corona. Zonder Brian Jones, zonder Bill Wyman, zelfs zonder Charlie Watts kunnen de Stones blijven rollen. Zeker zonder Ronnie Wood. Misschien zelfs zonder Keith Richards. Maar zonder Mick Jagger? Absoluut onmogelijk. Vlak voor de poorten van de Arena is de Stones-karavaan plotseling krakend en piepend tot stilstand gekomen.
I wanna be your man
Let wel: het was mijn vriend Rob Berghege die dit zei. Dezelfde Rob met wie ik in 1963 naar muziekhandel Koopman aan de Gedempte Gracht was gewandeld, waar hij de single I wanna be your man kocht. Eenschitterend, nauwelijks twee minuten durende plaat, met gitaren die een geluid gaven dat we in de Zaanstreek maar al te goed kenden: het was niet te onderscheiden van de zaagmachines van de houtbedrijven op het eilandin de Zaan, waar ik mijn vakantiegeld had verdiend. Die gitaren, gecombineerd met de stem van Mick Jagger, deden de versie van de Beatles, die het nummer nota bene voor The Stones hadden geschreven, verbleken.
Het was dezelfde Rob met wie ik in 1964 de platenzaak Duyvené en Remmes in Amsterdam binnenliep, waar ik mijn eerste echte rock-lp kocht: het naamloze debuutalbum van The Rolling Stones, dat in Zaandam nog niet verkrijgbaar was. Dezelfde Rob met wie ik een paar maanden later in het Kurhaus in Scheveningen het allereerste concert van The Rolling Stones in Europa bijwoonde. Een concert waarbij de complete Kurzaal werd gesloopt en waarover nog steeds wordt gepraat.
Sympathy for the devil
Rob vond het een beetje belachelijk om te gaan kijken naar een concert van zulke ouwe knarren. (Hij maakte een uitzondering voor Tina Turner, van wie hij altijd een toegewijde fan bleef.) Ik was het niet met hem eens. Ik genoot in 1995, samen met mijn twee dochters, van het concert dat ‘The Greatest Rock and Roll Band on Earth’ gaf in Nijmegen, in het kader van hun Voodoo Lounge Tour. Met als indrukwekkende apotheose het nummer Sympathy for the devil, met Mick als voodoo-priester, met meer dan manshoge opblaaspoppen die als uit het niets uit het decor opstegen, en een drakenkop die vuur uitblies over de duizenden bezoekers, die al waren ondergedompeld in het rode licht dat immer bij die song wordt ontstoken.
Rob zou hebben opgekeken van de kracht en de vitaliteit waarmee de Stones-karavaan decennialang over de aardbol bleef denderen. Zoals nu met de Sixty Tour, waarbij de band een selectie speelt van nummers uit hun zestigjarige loopbaan. De Amsterdam Arena was de vierde Europese stop in die tournee, na Madrid, München en Liverpool. Ik genoot bij voorbaat. Vooral dankzij YouTube, ondanks de beroerde kwaliteit van de door fans geschoten filmpjes. Ze tonen shows die beginnen met een ontroerend eerbetoon aan de enkele maanden geleden overleden Charlie Watts. Stormachtige toejuichingen in Liverpool, de geboortestad van The Beatles, waar de band I wanna be your man speelde. Keith Richard die half onverstaanbaar de song Connection bromt. En natuurlijk de immer vitale Mick Jagger, die misschien wat minder kilometers maakt maar nog altijd heerst op het podium, en die inmiddels niet alleen meer opa, maar ook overgrootvader is.
Als een eigentijdse Kees de Jongen in de Arena zette ik bij voorbaat mijn fantasie aan het werk:
En grote kans natuurlijk dat Mick Jagger vanavond vraagt of er aanwezigen zijn die in ’64… en dan word ik op het podium geroepen en mag ik meezingen. Gelooft-ie natuurlijk niet dat ik nooit eerder heb opgetreden, zo’n natuurtalent. Mag ik bij hem thuiskomen, en stelt hij me voor aan zijn vrouw. Zo’n heel mooie, fijne mevrouw, met een prachtig decolleté. “Hij mag zo meedoen met The Rolling Stones, maar hij wil niet, zegt-ie. Het enige wat-ie wou, was een nacht met jou.” En dan zou ze me bij de hand nemen en diep in de ogen kijken…
Ik ben ruw wakker geschud uit die droom door het bericht dat het concert is afgelast. Daar sta ik met mijn drie tickets: één voor Natasja, mijn jongste dochter; één voor Laurens, mijn oudste kleinzoon, en één voor opa zelf.
It’s only rock and roll
Als The Rolling Stones het podium zouden oplopen, zou ik hebben gedacht aan Rob. Die er niet meer over kon nadenken of hij misschien toch naar het ‘laatste Stones-concert in Nederland’ zou gaan. Hij overleed acht jaar geleden. Op zijn rouwkaart stond: ‘It’s only rock and roll, but I like it’.
Toch een Stones-fan tot het einde.
Lees ook: Martin Rep: Voor de eerste en de laatste keer The Rolling Stones
Satisfaction op krediet...
Mooie ode aan Rob.
En ook aan de Stones...