Dit is deel 2 over paddenstoelen. (Het is nuttig om deel 1 nog even tot je te nemen voordat je verder leest)
Er zijn nog twee andere ecologische typen paddenstoelen. De eerste zijn de zogenaamde saprofieten (opruimers). Dit zijn de soorten die leven van dood organisch materiaal. Bomen, afgevallen bladeren of naalden, dat werk.
Opmerkelijk is dat sommige parasieten nadat de boel dood is, doorgaan als saprofiet. Saprofieten zijn ware afvalomzetters van moeder natuur. De grootste biomassacentrale op aarde “ashes to ashes and dust to dust”.
Recentelijk kwam ik bij een wandeling in de Jagerplas een portie overheerlijke Oesterzwammen tegen op een gevallen Zwarte els. Ik heb ze niet geplukt omdat ik niet zeker van mijn zaak was, een opmerking die elke lezer te harte zou moeten nemen! Maar wel weer prachtige herfstplaatjes. Dus zie je een paddenstoel die leeft op een stronk of afgevallen tak, of op strooisel dan kun je er meestal van uitgaan dat het een saprofiet is.
De laatste categorie paddenstoelen zijn zogenaamde symbionten, ze leven in harmonie samen met andere planten, dit zit zo. Een paddenstoel is normaliter niet groen van kleur zoals vele ‘gewone’ planten. Er zijn wel groen kleurige paddenstoelen, maar zelfs deze bezitten geen bladgroen wat groene planten wel bezitten. Met dat bladgroen in de bladeren ‘pleegt’ de plant fotosynthese (het produceren van suikers onder invloed van zonlicht). Om te kunnen leven heeft de schimmel echter ook suikers nodig, iets wat hijzelf niet kan produceren, maar de plant dus wel! Dus dacht de schimmel; als ik nu een ‘kopje suiker bij de buur vraag’ dan krijgt hij van mij iets terug. Zo gezegd zo gedaan. De ondergrondse delen van de schimmel vormen lange draden die snel kunnen groeien. We noemen dit het mycelium (bundels schimmeldraden). Het kan enorme proporties aannemen. Wat de kracht is van dit mycelium is dat het enorm goed is in het absorberen van water en bodemmineralen. Schimmels zijn ultieme Sorbo doekjes! Dit is ook de reden dat ze vooral in de herfst na veel neerslag massaal opduiken.
Planten zijn over het algemeen een stuk slechter in absorberen, en daar zit het wisselgeld. Door aan te takken op het wortelgestel van de plant geeft de schimmel water en mineralen aan de plant en krijgt er suikers voor terug. Is dat niet mooi geregeld! We noemen het geheel met een duur woord mycorrhiza (mycor= schimmel rhiza= wortel).
Deze samenwerking is van ZEER groot belang in de natuur. Zonder dit, groeien de meeste planten veel minder voortvarend, en sommige, zoals bv Orchideeën kunnen niet leven zonder deze schimmels in de bodem. Het heeft dus ook weinig zin om wilde orchideeën uit te steken en in je tuin te zetten, ze gaan meestal dood door gebrek aan voldoende specifieke schimmel (tenzij je een hele grote kluit uitsteekt). Geschat is dat ca 85% van de planten op aarde samenleeft (symbiose) met een schimmel! Ik kan me ook goed voorstellen dat door het gebruik van allerlei stoffen, of overmatig bemesten de bodemflora (en fauna) danig wordt verstoord, dus ook de kwetsbare schimmels. Dit zal zijn weerslag hebben.
Minicursus paddenstoelen herkennen
Tot slot een kleine spoedcursus paddenstoelen herkennen. Zoals je hebt kunnen lezen zijn er heel veel en ik wil je vooral oplettend en nieuwsgierig maken. Een paddenstoelenboek is eigenlijk onmisbaar, maar met internet kom je ook een heel eind. Zie vooral ook de zeer wetenswaardige website onderaan.
Je hebt paddenstoelen die eruitzien als de klassiek paddenstoel; ze bestaan uit een hoed en een steel. De Vliegenzwam (rood met witte stippen) is het klassieke voorbeeld. Binnen deze groep heb je aan de onderzijde van de hoed 2 smaken. Of de paddenstoel is bezet met lamellen/plaatjes of met kleine gaatjes. Tref je dit laatste dan heb je zeker met een Boleet te maken. Het is handig om een spiegeltje mee te nemen zodat je gemakkelijk onder de hoed kan gluren. Je hebt al heel veel soorten boleten, waarvan het Eekhoorntjesbrood (je krijgt er trek in), wellicht de bekendste is. Binnen de plaatjeszwammen heb je echt verschrikkelijk veel soorten, maar met een beetje doorzettingsvermogen kun je al snel een grove indeling ontdekken. Een goede gids is dan wel onmisbaar.
Buiten de klassieke paddenstoelen heb je nog soorten die er geheel anders uitzien. Ze vormen bollen (zoals de Bovisten) Schotels (zoals vele parasieten als Berkendoder), geleiachtige frutsels (zoals het Judasoor, welke veel op Vlierbes huist) en nog veel meer. Veel schotelvormige paddenstoelen op bomen bezitten ook gaatjes aan de onderkant. Verder is het raadzaam om ook te kijken waar de paddenstoel op groeit. Bijvoorbeeld op afgevallen bladeren of dennenkegels. Of op een Berk of Populier. En zo kun je langzaam verder komen, waarbij gezegd dat ik het zelf ook heel lastig vind.
Maar los daarvan, kun je echt genieten van de vormen en kleurenrijkdom van paddenstoelen als je er echt op gaat letten. Goede gebieden om nu te gaan kijken zijn o.a. Twiske, Jagersplas, diverse parken en verder overal waar het een beetje vochtig is. Ik wens een ieder dan ook veel plezier met ontdekken!
Tip: www.allesoverpaddenstoelen.nl
Groentjes!
Hallo Daantje, dank voor je enthousiaste bericht, leuk om te lezen! Als je wilt kun je de foto sturen naar deorkaan@gmail.com, dan komt hij vanzelf bij mij terecht en zal ik je een reactie sturen. Groentjes!
Beste David,
laatst heb ik een aantal reuzenbovisten op de foto gezet. Ik zag ze tijdens een wandeling door Krommenie. Zelf had ik nog nooit zulke grote paddenstoelen gezien. Ze zijn zo groot als een voetbal, rond en heel erg wit. Hoe bijzonder is dit? Ik zou je graag een foto willen toesturen, maar weet niet op welke manier. Mijn voet staat ook op de foto bij de reuzenbovist, zodat duidelijk is hoe groot deze werkelijk is. Leuk om jouw interessante stukjes tekst te lezen. Bedankt. Groet van Daantje, natuurliefhebber en amateurfotografe. (Een foto van de donkerrode Russola? op mijn volkstuin, staat trouwens op de voorpagina van Het Groene Nieuws, van de volkstuinvereniging Krommenie). Ben er trots op!