De Sluissloot is er nog, maar dat is dan ook het enig herkenbare op de nieuwe foto…
De tijd staat niet stil. Er wordt gebouwd en gesloopt, straten verdwijnen, nieuwe wijken verrijzen. Winkels gaan weg, bedrijven sluiten, groen maakt plaats voor nieuwbouw. De Zaanstreek is de afgelopen decennia sterk veranderd. De Orkaan brengt dat in beeld. Op één plek die in het verleden op de foto is gezet, maken we nu opnieuw ‘dezelfde’ foto. Zoek de verschillen…
Deze ansichtkaart komt een serie foto’s die Bert Versteeg online kocht, hij maakte ook de eigentijdse foto en zorgde ook voor de achtergrondinformatie. Vandaag: Molen de Zoeker in Zaandijk.
De Zoeker, Zaandijk
Vandaag alweer de 88e aflevering van de fototijdreis. Deze keer gaan we terug naar Zaandijk waar bijna drie eeuwen lang oliemolen De Zoeker stond te pronken aan de noordkant van de Sluissloot waar hij ongeveer 350 meter ten westen van de spoorlijn stond (ongeveer in de bocht van de Elvis Presleylaan).
De molen is in 1672 gebouwd, maar bouwheer Claes Pietersz. Baes kreeg pas op 27 april 1676 de windbrief. Een windbrief is een soort vergunning tot het bouwen van een molen. De windbrief gaf een omschrijving van de voorwaarden waaronder de bouw van de molen werd toegestaan. Ook werd in de windbrief het bedrag dat jaarlijks als windpacht moest worden betaald vastgesteld.
Op 30 oktober 1694 liet Sijmen Cleasz. Baes, de zoon van Claes Pietersz., die inmiddels was overleden, de Zoeker verzekeren in een assurantiecontract. Sijmen Baes, die later ook nog burgemeester van Zaandijk werd, was een compagnonschap aangegaan met Jan Stokvis uit Zaandijk en had naast de olieslagerij ook belangen in vier papiermolens, een traankokerij, huizen, pakhuizen, land en schepen.
Op 14 juni 1727 werd de molen, Sijmen Baes was nog steeds eigenaar, verzekerd in het Olieslagerscontract waarbij vrijwel alle Zaanse oliemolens waren aangesloten. De verzekering dekte alleen de schade aan de lading, maar zes jaar later, op 1 juli 1733 konden ook de molens zelf en de schuren verzekerd worden. Sijmen Baes overleed in 1731 waarna de aandelen van de oliemolens werden gekocht door Jan Stokvis.
Na het overlijden van Stokvis kwamen de molens in bezit van schoonzoon Jan Dirksz. Vis. De familie Vis zou heel lang eigenaar van de Zoeker blijven. De molen werd in 1867 gekocht door de in 1843 opgerichte firma Teunis Crok uit Wormerveer. De firma Crok werd in 1891 opgeheven toen de zoon van Teunis Crok, Dirk, samen met zijn zwager Jan Laan de firma Crok & Laan oprichtte. Crok & Laan gingen met de stoomolieslagerijen De Engel en De Wachter werken en hadden ook De Bonte Hen nog in hun bezit, maar de overige molens werden verkocht.
De Zoeker werd op 16 juli 1891 uit het Olieslagerscontract geschreven en korte tijd later verkocht aan de Koger schilder Piet Visser die het oliewerk uit de molen liet slopen waarna de Zoeker als krijtmolen werd ingericht. Aan de zuidkant kwam een droogschuur en aan de westkant werd een stenen aanbouw gebouwd waarin een petroleummotor werd geplaatst zodat er ook bij windstilte gemalen kon worden.
Visser, die ook sinds 1897 met De Windhond werkte, verkocht zijn molens in 1910 waarna de Zoeker in bezit kwam van apotheker Groesbeek die er de chemische stof theobromine mee ging maken. Theobromine werd gewonnen uit cacaodoppen en gebruikt door de farmaceutische industrie (onder andere als luchtwegverwijder). Lang bleef Groesbeek niet met de Zoeker werken want in 1914 kwam de molen weer stil te staan en in de zomer van dat jaar kwam er weer een oliewerk in.
Het was het oliewerk van de gesloopte Het Rad van Avontuur die pal ten zuiden van de voormalige Noorderbrug aan de Oostzijde in Zaandam stond. Wie toen eigenaar van De Zoeker was is onbekend maar omstreeks de jaren ’20 was Willem Hooijschuur eigenaar, hij liet cacaoafval en koffiedoppen verwerken.
Op 26 februari 1925 wordt de molen getroffen door een windhoos. De schade aan De Zoeker is groot, de molen verliest beide roeden, er is grote schade aan de kap. Het rietdek is vernield en door vallend hout is ook de schuur beschadigd geraakt. Kortom de molen was rijp voor sloop. Gelukkig gebeurde dat niet, want op initiatief van de Zaanse onderwijzer en kunstschilder Frans Mars werd de Vereniging de Zaansche Molen opgericht en werd er een oproep in de Zaanse kranten gedaan geld te doneren om de molen te herstellen. Er kwam voldoende geld binnen en de molen werd weer hersteld.
Willem Hooijschuur bleef tot 23 juli 1940 met de molen werken waarna Gerbrand Vis eigenaar werd. In de oorlogsjaren werd Jacob Kit, die ook al met de Oranjeboom en de Zaadzaaijer, die beiden op de Hemmes stonden, had gewerkt, molenaar op De Zoeker. De molen werd na een roedbreuk in 1950 aangekocht door de gemeente Zaandijk en de Zoeker werd weer hersteld. Toen Jacob Kit in 1954 overleed kwam de molen weer tot stilstand.
Kort na de stilstand van de molen trekken een aantal Zaanse fabrikanten zich het lot van de molen aan. In 1958 wordt het zgn. Olieslagerscontract opgericht, dat voorziet in de exploitatie van de molen. Zo wordt het salaris van de molenaar betaald en wordt er voorzien in de levering van goederen. Als molenaar werd de Zaandijker Jacob Kaal aangesteld, die vanaf dan De Zoeker weer laat werken. Het Olieslagerscontract bestaat vandaag de dag nog steeds en is zonder onderbrekingen verbonden geweest aan De Zoeker.
Halverwege de jaren ’60 had de gemeente plannen om ten westen van de spoorlijn een nieuwbouwwijk (het huidige Rooswijk) aan te leggen waardoor de molen verplaatst moest worden. Aan de Kalverringdijk werd op het erf van de op 22 november 1914 verbrande oliemolen De Wind een nieuwe fundering, onderachtkant en schuur gebouwd waarna het bovenachtkant en de kap in de nacht van 1 op 2 augustus 1968 op spectaculaire wijze, waarbij romp en kap over de spoorbaan werden getild, naar de nieuwe locatie werden gebracht waarna de restanten aan de Sluissloot werden gesloopt. Na de verplaatsing werd de molen overgedragen aan de Vereniging de Zaansche Molen.
Bekijk hier alle fototijdreizen.
Foto en tekst 2024: Bert Versteeg. Bronnen: molendatabase, 1100 Zaanse Molens, Gemeentearchief Zaanstad, De Orkaan.
Frits, wat ik heb kunnen vinden is dat het molentje links op de oude foto De Vrijheid heet en omstreeks 1930 door Hein Bruins is gebouwd als lattenzagertje.
Het gezaagde hout gebruikte hij voor het maken van schuiten en weidemolentjes.
Omstreeks 1967 is dit molen gedemonteerd en opgeslagen.
Meer informatie over dit molentje is te vinden op https://www.molendatabase.nl/molens/ten-bruggencate-nr-06653
Daar helemaal op links op de oude foto zie ik nog een zgn. "speelmolentje" staan. Dat is dan ook precies alles wat ik ervan weet. Geen naam, geen eventueel "bedrijf", geen jaar van bouw en van verdwijnen, en hoe dan wel (brand, verplaatsing of simpelweg sloop); wie de eigenaar was, afijn, van die dingen dus.
In 1964 werden de eerste straten van 'nieuw Rooswijk' opgeleverd. Ik kwam daar met het ouderlijk gezin te wonen op de Simon Gammerkade. Een hoekwoning, nog met kolenkachel en vanuit het achterraam keken we zo het veld in. We hadden uitzicht op de Zoeker. In de winters die volgden vroor het hevig. Alle sloten in het veld waren goed dichtgevroren zodat we meerdere keren 'land over zand' de Zoeker hebben bezocht. Een eenzame molen midden in het veld, vergezeld door een paar bouwvallige schuurtjes die, zo zei mijn moeder zaliger, in mekaar zouwe zakken als je een harde wind liet.
Toen vier jaar later de Zoeker verplaatst werd naar de Schans liep half Rooswijk uit om te bekijken hoe de kop en romp over de 'spoorbomen' werden
getakeld. We schoten een rolletje vol. Gauw daarna werd de lege plek gevuld door een compleet nieuwe woonwijk. In 2007 kwam ik te wonen op de Schans, vlak naast de Zoeker. Had ik 'um' toch weer gevonden.