De lente is een heerlijke tijd om verliefd te worden. De hele natuur is een baaierd van ontroerende schoonheid, zoet geurende verleiding en optimisme, altijd al het ideale decor voor twee mensen die dat alles in elkaar weerspiegeld zien.
Vooral dit jaar, het coronajaar 2020, heeft ons op een lente getracteerd die schitterender en zwoeler is dan gewoonlijk. Je zou verwachten dat dat een record-aantal verliefden zou opleveren.
Door Roel Stern
We weten dat niet, want in tegenstelling tot het antal coronabesmettingen wordt het aantal verliefden niet centraal bijgehouden. Wat de overheid wel graag wil bijhouden is het aantal mensen dat elkaar dichter dan 1.5 meter durft te benaderen. Dat is immers verboden. Overal staan de borden en signalen dat je het echt niet in je hoofd moet halen, en er zijn vergevorderde plannen voor een app die dit alles in de gaten houdt.
Wat zou dat doen met al die nieuw ontluikende liefdes? Hoeveel lieve blikken, stille uitnodigingen, opwindende situaties zijn er al gesmoord in de angst voor besmetting? Hoeveel kansen op geluk en vervoering zijn voorbij gegaan omdat de hoofdpersonen die paar stappen niet durfden zetten?
Oude, gesettelde liefde is gelukkig niet verboden. Gezinnen en stellen mogen dicht bij elkaar blijven, er wordt rekening met ze gehouden in de plannen voor de 1,5 meter-samenleving. Ze moeten zelfs bij elkaar blijven, thuis, wat helaas al een spectaculaire stijging van het wereldwijde aantal meldingen van huiselijk geweld heeft opgeleverd.
Ik houd mijn hart vast. Als deze coronacrisis met zich meebrengt dat de liefde (zelfs de betaalde!) wordt gesmoord of onder druk bezwijkt, dan is dat een onderbelicht gevaar. Het is fijn als niemand meer ziek wordt, maar al die gezondheid zonder liefde levert een angstaanjagend en grimmig beeld op.
Surveillance met corona-apps past in dat grimmige beeld. Laten we dat niet doen. Het is een liefdeloze maatregel.
Afbeelding: corona-app RIVM (beetje lek)