De historische Vermaning in Zaandam was het podium voor een debat over de impact van (online) bedreigingen aan het adres van bestuurders van onze democratie. Met aan tafel oud-staatssecretaris Eric van der Burg (VVD), journalist Peter Kee, hoogleraar Evelien Tonkens en Eylem Köseoglu van de PvdA Zaanstad.
De discussie begon bij bedreigingen, maar verschoof al snel naar een dieper liggend probleem: de toenemende polarisatie in de samenleving en de politiek.
Voordat de discussie echt kon beginnen werden de harde cijfers, al dan niet letterlijk, op tafel gelegd. Evelien Tonkens presenteerde de oplopende percentages van agressie en geweld gericht op politici, op gemeentelijk, provinciaal en zelfs op waterschappelijk niveau.
Vanaf 2014 tot en met 2020 zijn deze uitspattingen met minstens 6 procent en hoogstens 24 procent gestegen, waarbij het geweld en agressie jegens de politici in de provincies de kroon spannen. Vrouwen krijgen hier twee keer zo vaak mee te maken als mannen. Hieronder zijn de grafieken te zien.
Door deze toenemende agressie hebben 25 procent van de politici minder plezier in hun werk en zelfs 8 procent krijgt hierdoor psychische klachten.
Maar kan deze gerichte agressie en geweld er ook voor zorgen dat de democratie in het geding komt doordat politici zich niet veilig genoeg voelen om bij hun eigen standpunten te blijven? Volgens Tonkens is daar wel degelijk sprake van. 16 procent van de politici geeft namelijk aan dat zijn of haar beweegredenen worden beïnvloed door de toenemende (online) haat. En 8 procent van politici verklaart zelfs dat hun besluitvorming hierdoor wordt gestuurd.
Bedreigingen
Eric van der Burg, de oud-staatssecretaris en man achter de Spreidingswet (die overigens nu weer van tafel wordt geveegd), vertelt dat hij niet verbaasd is over de cijfers.
‘Ik kreeg zo’n honderd haatberichten per week. Mijn huis en mijn voormalige auto waren zeer zwaar beveiligd. Toch doet en deed het me niks, of werd ik er juist door gemotiveerd. Als ik soms een uurtje vrij had dan ging ik deze haatberichten en mensen die ze stuurden bekijken. Wanneer ik dan die mensen zag die dit deden, kon ik eigenlijk alleen maar blij zijn. Als ik dit soort types boos maak, dan heb ik het alleen maar goed gedaan.’
Toch eindigde één van deze bedreigingen in een rechtszaak. Een man verkondigde Van den Burg met een machinegeweer te willen doorzeven. In de rechtszaal verklaarde hij dit te hebben gedaan onder het mom van vrijheid van meningsuiting.
Ook Eylem Köseoglu raakte in een rechtszaak betrokken, ook al werd ze meermaals ontmoedigd om de man aan te klagen die haar stalkte, meerdere nep accounts van haar maakte en foto’s van naakte vrouwenlichamen verspreidde met Köseoglu’s hoofd erop. Eveneens verschool de dader zich achter artikel 7 van de Nederlandse Grondwet (vrijheid van meningsuiting).
Toch heeft dit niet gezorgd voor het vertrek van Köseoglu uit de politiek, ook al vraagt ze zich wel eens af of dit het wel waard is, maar dan realiseert ze al snel waarom ze überhaupt de politiek in is gegaan.
‘Ik vind de politiek te belangrijk om over te laten aan alleen maar mannen.’
Polarisatie en social media
De reden van al deze agressie en geweld ligt volgens Evelien Tonkens bij een term die tegenwoordig dagelijks opduikt: polarisatie. Volgens Tonkens zijn er twee vormen van polarisatie: ideologische polarisatie, waar mensen in mening kunnen verschillen over inhoudelijke zaken, iets dat eigenlijk heel normaal en gezond is en affectieve polarisatie, de vorm van polarisatie waar mensen niet meer als medemens worden gezien als ze van mening verschillen.
Dat laatste, is tegenwoordig het probleem. En de grootste boosdoener? Social media.
Uit Duits onderzoek is gebleken dat mensen die hun primaire informatie van social media halen (en dit is vandaag de dag een behoorlijke groep) sneller geneigd zijn om begrip te hebben voor lobbyisten en tegen migratie en klimaatactivisme zijn. Mensen die hun primaire informatie juist van de traditionele media halen, zoals tv, radio en print, hebben vaker meer begrip voor werklozen, klimaatactivisten, feminisme en de LHBTIQ+.
Peter Kee, redacteur bij Bar Laat en voorheen bij Pauw & Witteman en Op1, vertelt dat het moeilijk is om social media volledig links te laten liggen bij het maken van een zo objectief mogelijk programma.
‘Door dit extreemrechtse kabinet wordt de mainstream media tegenwoordig geframed als een links bolwerk. Veel van de politici in het kabinet willen niet (meer) komen opdagen in onze programma’s, waardoor het steeds moeilijker wordt om een evenwichtig en objectief beeld neer te zetten van een situatie. Soms kiezen we er dan voor om wel een tweet van Wilders te behandelen, ook al is die tweet totaal niet beschaafd.’
Wat te doen?
Maar wat kunnen we als samenleving doen aan de toenemende polarisatie die zich steeds vaker uit in agressie jegens politici?
Volgens Köseoglu heeft de overheid al twee decennia een terugtredende beweging gemaakt, waardoor zij burgers met wantrouwen is gaan behandelen. Hierdoor kunnen mensen diezelfde overheid ook niet vertrouwen. Door dit collectieve wantrouwen ontstaat onbehagen en woede.
‘Wat je moet doen? De wijken ingaan en de verhalen van mensen aanhoren. We moeten niet op zoek gaan naar verbinding maar eigenlijk naar nog een stap daarvoor. We moeten het onbehagen bespreken met mensen: waar komt die woede vandaan? Daarna kunnen we pas op zoek naar verbinding.’
Volgens Eric van der Burg begint het overwinnen van polarisatie bij de politicus zelf: ‘neem besluiten die je goed kan uitleggen én toon daarnaast gewoon goed gedrag.’
Evelien Tonkens voegde eraan toe dat het voorkomen van polarisatie en extremisme niet alleen een kwestie is van persoonlijke verantwoordelijkheid, maar ook van strategische samenwerking. Ze waarschuwde dat extreemrechts alleen aan de macht kan komen als conservatieve en liberale partijen hen de ruimte geven door samen te werken of niet stevig genoeg op te treden tegen haatzaaien en racisme.
Uiteindelijk waren de aanwezigen, van politici en journalisten op het podium tot het Zaanse publiek, het over één ding eens: het overwinnen van polarisatie begint bij beter onderwijs. Alleen door toekomstige generaties te leren kritisch te denken, respectvol te discussiëren en zich in elkaar te verplaatsen, kan de samenleving weer richting een gezonde democratie bewegen.
Door: Remi Kerkhoven. Foto’s: Edwin Kleiss.
Probleem van haatmails en dergelijke zijn zonder moeite opgelost als er achter je naam ook je naam en adres vermeld staat. Zolang we daar niet toe overgaan los je het nooit op. Providers moeten bij aanvraag van account een ID en persoonsgegevens opvragen en kans op fake accounts daardoor minimaliseren. Kun je nog 100 vergaderingen aan dit onderwerp besteden maar los je niets op. Men laat vervelende mails wel achterwege als je met NAW gegevens vermeld staat. En als mensen dan praten ja maar hoe zit het met mijn privacy.... !
Hoe wil je die providers daartoe verplichten? Ze zijn hoeven niet noodzakelijk aan de Nederlandse wetgeving gebonden te zijn.
Best lachwekkend om in een artikel over polarisatie te lezen dat we een extreemrechts kabinet hebben.
Je mag het anders vinden maar met PVV en BBB sta je wel rechts van de mannenbroeders van de SGP en dat is eigenlijk het einde van fatsoenlijk rechts. Dus ja extreem rechts met steun van clubs die dus fascistoïde gedachten niet afwijzen.
Dat Eric van der Brug het heeft over polarisatie is lachwekkend. Het is zijn VVD die met hun beleid hoofdzakelijk verantwoordelijk is voor polarisatie de afgelopen 15 jaar en het is diezelfde VVD die nu in een coalitie zit met de fascisten van de PVV. Hoe neemt iemand wat hij zegt serieus.