Hij koos voor de studie biologie, maar gaandeweg het eerste jaar ontdekte hij dat het niet zo’n geslaagde keuze was. Hij volgde het voorbeeld van een goede vriend die voor fysiotherapeut studeerde. ‘Ik zag dat hij daar veel lol in had. Dat sprak me wel aan.’

Drieënveertig jaar geleden kwam Eelco van der Meulen als kersverse fysiotherapeut in dienst van de praktijk aan de J.H. Dunantstraat in Krommenie. Op vrijdag 5 juli neemt hij afscheid van Gezond en Vitaal (de nieuwe eigenaar), om op 67-jarige leeftijd met pensioen te gaan. ‘Ik vind het werk nog steeds leuk. Ik hoor dat patiënten me zullen missen. Ik zal op mijn beurt het contact met patiënten missen, want met de meeste heb ik een hechte band. Maar het werk begint fysiek zwaar te worden. Het is tijd om wat anders te gaan doen. Meer wandelen, fietsen, lezen, naar musea gaan. Ik wil weer gaan tekenen en schilderen. En er is een tweede kleinkind op komst. Het is heel leuk om opa te zijn.’

Heel de mens

‘Roeping is een groot woord voor mijn keuze voor het vak van fysiotherapeut. Je moet er wel feeling voor hebben. Van mensen houden. Die feeling groeit door je ervaring. In het begin ben je vooral technisch met je vak bezig. Je leert om meer naar heel de mens te kijken. Pijn kan meer oorzaken hebben dan een fysiek ongemak. Onderschat niet de invloed van stress op lichamelijke problemen. Dat kan ter sprake komen bij een behandeling, maar ik ben fysiotherapeut en geen psycholoog.’

Al doende heeft Eelco zich gespecialiseerd als manueel therapeut. Hij houdt zich bezig met klachten die betrekking hebben op de wervelkolom en de gewrichten. Op het losmaken van vastzittende wervels en gewrichten. Hij behandelt zijn patiënten vooral met de hand. ‘Als manueel therapeut beoordeel je het hele bewegingspatroon. Ik heb gekozen voor de methode Utrecht, een zachte en meestal pijnvrije manier van behandelen. Zonder kraken of recht zetten.’

Meer zelf oefenen

‘Ja het vak verandert, maar het gaat nog steeds om pijn die behandeld moet worden. Of het bieden van nazorg of revalidatie na een operatie. Je ziet nu een tendens om patiënten meer zelf te laten oefenen, individueel of in groepsverband, of meer te doen met apparaten. Mijn patiënten moeten ook oefenen als dat nodig is, maar ik heb altijd een voorkeur gehad voor een individuele behandeling. Die keuze leidt ertoe dat je werkt met patiënten die bij je passen. Ik heb daardoor een band met veel patiënten. Wij hebben het voordeel dat wij voldoende tijd kunnen besteden aan onze patiënten. Dat is belangrijk voor het resultaat. Ik merk dat veel mensen al baat hebben bij een luisterend oor.’

Dit luisterende oor zal niet makkelijk te vervangen zijn, maar we wensen hem veel mooie opa, wandel, lees, kunst en dagen toe. In gezondheid.

Door: Jaap de Jong, interview met Eelco van der Meulen