Hoe een Rotterdamse peuter een echte Zaanse werd

Als bijna driejarige peuter overleefde Jeanne Bakker tijdens de Tweede Wereld Oorlog, ternauwernood het bombardement op Rotterdam.

Dit verhaal werd opgetekend door: Annemieke Blom

Haar vader voelde dreiging en vertrok met zijn vrouw en zeven kinderen naar de schuilkelder.  Er ontstond paniek, velen overleefden het niet, huizen waren ingestort, Jeanne kan nog steeds in elkaar krimpen bij hevige onweer. Voor de kinderen die het hadden overleefd werd zo mogelijk gezocht naar pleeggezinnen. Peuter Jeanne kwam samen met haar zusje Nel bij de familie Bakker in Koog aan de Zaan. Haar zusje kreeg heimwee en de meisjes werden na enkele maanden teruggebracht naar hun ouders, die moeite moesten doen om eten op tafel te krijgen. Jeanne kreeg prompt heimwee naar haar pleegvader; zij mocht weer terug. In het pleeggezin was aan eten geen gebrek en zou ze toen al gevoeld hebben hoe zorgzaam haar pleegvader voor haar was?

De familie Bakker was een welvarend gezin maar kende wel andere spanningen ten gevolge van de oorlog. Er waren er regelmatig een aantal onderduikers in huis. Ook verbleef er dikwijls een joods gezin voor een nacht. De Duitsers voerden controles uit. Jeanne weet zich nog te herinneren dat er op de deur werd gebonkt: Aufmachen! Jeanne moest meteen in haar bed gaan liggen. Het dienstmeisje Alie, 15 jaar, goot lysol over de trap en pleegmoeder trok een jasschort aan. Toen kon de deur open en moeder zei: Je kunt wel binnenkomen maar mijn dochter heeft roodvonk. De geur van lysol was overduidelijk. De Duitsers, panisch voor besmettelijke ziekten, draaiden zich om en verdwenen. Moeder en pleegdochter werden ook een keer onder schot gehouden door een Duitse soldaat. ‘Doodeng’ zegt Jeanne als ze het weer vertelt. Ze heeft meerdere keren in haar bed gelegen met het voorwendsel roodvonk te hebben. In de zomer van 1944 kreeg ze de gevreesde ziekte echt, pleegmoeder verzorgde haar. 

Jeanne is niet meer uit de Zaanstreek vertrokken. Haar ouders zijn wel op visite geweest maar hebben haar nooit mee naar huis genomen. De band met haar pleegvader maakte veel goed. Hij noemde haar als kleuter Gijs, naar het verhaal van Hollebolle Gijs, hij vond dat ze op hem leek, ze had altijd honger. Haar pleegvader gaf haar de kans de verpleegstersopleiding te volgen in Utrecht; een droom kwam uit. Jeanne heeft haar achternaam op haar 52e officieel laten veranderen in de naam van haar pleegvader; uit eerbetoon.  

Levensboeken

Zo draagt iedereen verhalen bij zich, verhalen die gekoesterd worden die je gevormd hebben of een stukje geschiedenis laten zien. De schrijvers van het project Levensboek willen graag bijdragen aan het vastleggen van levensverhalen.

Heb jij ook belangstelling om je levensverhaal te laten schrijven? Stuur een e-mail naar: levensboek.zaanstreek@humanitas.nl

Op de foto boven zie je Jeanne en haar zusje Nel.