Wie wat bewaart die heeft wat. Of niet dus. In dit geval.
Hadden we het maar in 1978 ingeleverd. Dan hadden we nog 160 gulden gevangen.
Helaas is het niks geworden.
Albert Heijn is dankzij onze investering een miljardenbedrijf geworden, heeft het Belgische Delhaize overgenomen, honderden supermarkten geopend, dikke auto’s voor de Raad van Bestuur besteld, bonuskaarten uitgedeeld, dividend voor de happy few over de rug van de kleine man uitgekeerd…
We verdienen natuurlijk ook niet beter, hadden we maar beter op moeten letten in 1978…
er valt nog steeds wat te verdienen … geen boodschappen kopen bij de AH ...
Deze dingen hebben een nummer, links onder op. Voor een bepaalde datum moest ik ze inleveren anders kreeg ik niets meer, ik meen in 1974/75.
Dat betreft de zgn. uitlotings of lossingsgroep. Aan de hand van deze groep/nummer stelt de debetrice de datum van aflossing van de obligatie vast. Per de datum van aflossing geldt nog steeds de termijn van 30 jaar waarbinnen de debetrice de hoofdsom van de obligatie aan de obligatiehouder (toonder) terug moet betalen tegen inlevering van de obligatie.
Officieelnhad je hem (als ik het handschrift met uitgifte datum goed kan ontcijferen, voor 3 April 2008 moeten inleveren: looptijd was 20 jaar (3 April 1958 - 3 April 1978). Normaliter zijn obligaties nog tot 30 jaar na afloop betaalbaar aan toonder. Daarna vervalt de hoofdsom aan de debetrice.
Helaas toen kreeg je het ook niet, je kon het afkopen had er een paar gehad van mijn oma. Ik kreeg toen voor eentje 38 gulden. Twaalf gulden verlies per Obligatie. Stelletje laaien lichters zijn het.