Wij burgers zijn niet achterlijk.

Dat is waarschijnlijk waarom Zaanstad een flinke verzameling communicatieprofessionals heeft aangelegd: mensen die een boodschap mooi weten te verpakken.

Zo hebben we de woordvoerders van de wethouders en de burgemeester, er zijn stadsdichters, er is een hoofd communicatie & kabinet, er zijn videomakers, een directeur citymarketing, een teamleider advies & redactie, een stadscomponist, de kennisspecialist actief burgerschap, de adviseur interne communicatie, een kwartiermaker, de senior communicatieadviseur redactie, de senior communicatiemedewerker, de senior raadsadviseur, en let op: waar senioren zijn, zijn ook junioren …

Wat ik in dit rijtje mis is een stadsjournalist.

Dan heb ik het niet over de verhalenvertellers die worden ingehuurd om positieve initiatieven te belichten, maar over een kwaliteitsjournalist die mag graven en die aan waarheidsvinding doet. Een beetje zoals de ‘ethische hacker’ die wordt ingehuurd om te ontdekken waar zwakke plekken in de informatiesystemen van de gemeente zitten.

Juist omdat de meeste burgers niet achterlijk zijn, zou er plaats moeten zijn voor een man m/v die de tijd, het geld en de informatie krijgt, om misstanden op te sporen en in de openbaarheid te brengen. Niet om zaken stuk te maken of te verpesten, maar om het vertrouwen in de politiek te vergroten en te zorgen voor betere wegen naar de toekomst.

Zaanstad wil de bewoners graag bij haar streek en de activiteiten betrekken.
Dat doe je niet door ze opgeblazen, glimmende voorzetgevels voor te houden, terwijl ze best beseffen dat het juist daarachter gebeurt.
Zaanstad, gooi je luiken open. Neem je democratie serieus en maak plaats voor een luis in de pels.

De Orkaan geeft hem of haar graag een podium.

In 1959 werd er ook een slogan bedacht: ‘Zaandam Industriestad’, maar da’s vast veel te mal naar de huidige maatstaven:

UPDATE: de gemeente Leiden wil een kwart miljoen reserveren voor lokale journalistieke projecten.