Het Noord-Hollands Byzantijns Mannenkoor maakt gebruik van de meest onbekende Vermaning (voormalige doopsgezinde kerk) in de Zaanstreek: de Vermaning aan de Westzijde 181, verborgen achter een rijtje huizen.

De Zaanse Schans wilde de Vermaning wel en maakt een afspraak met Stadsherstel om het pand van de gemeente te kopen. Op de Zaanse Schans zou een typisch Zaanse Vermaning prima passen.

In de plannen zou de Vermaning in juli 2017 op de Zaanse Schans geplaatst worden.

Het Noord-Hollands Byzantijns Mannenkoor oefent in het gebouw en verhuurt het bovendien aan anderen. Zij zouden door de Zaanse Schans gecompenseerd worden. Bovendien moesten ze op zoek naar een andere repetitieplek.

Lees over de geschiedenis van de Vermaning: Vermaning Westzijde 181 verhuist naar de Zaanse Schans

Over de verhuizing ontstond echter onenigheid: zou de voormalige kerk niet veel mooier aan de Westzijde uitkomen, en zou het geen mooi geheel vormen met de typisch Zaanse huisjes die ervoor stonden? Moet alles wat oud-Zaans is eigenlijk naar de Zaanse Schans? Zaans Erfgoed verzette zich tegen de verhuizing.

Lees ook: Zaans Erfgoed: Vermaning niet naar Zaanse Schans

Het koor dreigt door het uitstel schade op te lopen en heeft een brief aan de gemeenteraad geschreven:

In september 2015 hoorde het bestuur van het koor dat het pand Westzijde 181 (De Vermaning / “Ons Lokaal”) te koop werd aangeboden aan Stadsherstel / de Stichting De Zaanse Schans. Er zou vervangende repetitieruimte komen.

In januari 2016 kreeg het bestuur de toezegging van de voorzitter van de Stichting de Zaanse Schans, de heer Voster, te horen dat het bestuur van de Stichting in maart 2016 een definitief besluit zou nemen over de koop van “Ons Lokaal”, de verplaatsingsroute en de financiële tegemoetkoming aan de vereniging NHBM. In deze tegemoetkoming was tevens een bedrag opgenomen ter compensatie voor het niet meer langdurig kunnen verhuren van “Ons Lokaal”, een inkomstenbron voor de vereniging NHBM waarmee tevens het gewone/dagelijkse onderhoud van het gebouw Westzijde 181 kon worden betaald.

Het besluit bleef echter uit. De zangers zitten met de gebakken peren omdat ze het pand niet meer kunnen verhuren: “paar duizend euro schade”. Het koor vraagt daarom ook aan de gemeente om het groot onderhoud voor z’n rekening te nemen, o ja, en “afzien van de verkoop van het pand Westzijde 181”.